"De sleutel tot gezag en respect is ook dat je oprechte interesse hebt in wat mensen doen."

Marjanne Sint: voormalig topambtenaar

Functie: Secretaris-Generaal van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu

Periode: van 2000 tot 2006

Je kunt het interview met Marjanne Sint op drie manieren volgen:

  • Als video;
  • Als artikel;
  • Als podcast.

Bekijk de video

In het interview vertelt Sint over haar ervaringen als jonge ambtenaar en het vrouw zijn in een toppositie. Sint legt uit waarom nieuwsgierigheid en interesse onmisbare eigenschappen zijn voor een topmanager. Verder wordt stilgestaan bij de politieke en ambtelijke implicaties van gebeurtenissen als de Schipholbrand, de vuurwerkramp, 9/11 en de moord op Fortuyn. Een interview met een kritisch reflecterende en tegelijkertijd zelfbewuste manager.

Geïnterviewd door Paul 't Hart en Erik-Jan van Dorp, zie de lijst van betrokkenen

Interview september 2019

0:00
0:00
/
0:00

Beluister het gehele interview als podcast

Via Spotify of Apple podcasts

Biografie

Geboren: Amsterdam, 24 juli 1949

De econome Marjanne Sint begon haar carrière als beleidsmedewerker op het ministerie van Economische Zaken. Na hoofdredacteur te zijn geweest bij Intermediair en manager bij uitgever VNU volgde ze in april 1987 Max van den Berg op als voorzitter van de PvdA. Samen met Wim Kok stuurde zij aan op een gematigder en realistischer koers van haar partij, die in 1989 leidde tot hernieuwde regeringsdeelname. Onder haar voorzitterschap brak de PvdA met het stelsel van decentrale vaststelling van de kandidatenlijsten. In 1991 werd zij na interne kritiek 'slachtoffer' van de crisis in de PvdA over de ingrepen in de WAO. Na haar aftreden werd zij directeur bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en daarna gemeentesecretaris van Amsterdam. Sint was van 2000 tot 2006 secretaris-generaal van VROM. Na haar vertrek zette ze haar carrière voort in de gezondheidszorg waar zij bestuursvoorzitter was van de Isala-klinieken in Zwolle. Zij begeleidde de invoering van de Jeugdwet.

(Bron: Parlement.com)