
Roel, je vroeg: waarom ben je ambtenaar geworden? Toen ik het werd, had ik daar helemaal niet zo over nagedacht. Maar halverwege mijn carrière kon ik daar wel een antwoord op geven. Omdat ik het echt een prachtig ambt vind. En ook heel belangrijk. En het gaat me ook echt aan het hart hoe het nu gaat.
Omdat ik echt denk dat de rechtsstaat gebaat is bij een enorm goed en degelijk functionerend ambtelijk apparaat, dat ook echt staat voor inhoud, en ook repliek kan geven. Niet om de repliek te geven, maar om ervoor te waken dat we niet in een of ander gigantisch misverstand belanden, wat we hadden kunnen voorkomen. Daar geloof ik echt heilig in, en daar ben ik heel trots op geweest dat ik daar ruim dertig jaar ook aan heb kunnen bijdragen. Het is wel erg afhankelijk van de minister die, ministers die er ontvankelijk voor zijn. Hoe bedoel je? Ik heb het vorige week nog bij een heel andere gelegenheid gezegd over een inmiddels, of net overleden SG die een grote reputatie had als ambtenaar, die speaking truth to power hoog in het vaandel had. En waar de meeste ministers heel veel profijt van hadden, maar een enkele absoluut niet mee uit de voeten kon.
Je moet wel een minister hebben die in die interactie met de ambtelijke top mee kan mee gaan, doen. Tuurlijk, maar ik denk niet dat het je van je verplichting ontslaat, ook als je een minister hebt of een staatssecretaris die dat niet kan. Je moet het toch blijven doen. Dat hoort bij je ambt. Ook al wordt er niet naar, ook al kan zo iemand er niks mee, dan nog... Of je moet andere wegen vinden om diegene van die informatie te voorzien, dat het op een of andere manier doordringt.
Niet om te drammen, maar om het te laten landen. Je kunt ook kijken van: naar wie luistert die persoon dan wel? Zijn het misschien Kamerleden? Zijn het misschien andere? Bedrijfsleven? Zo kan je het natuurlijk ook doen.